Achter de schermen bij NTR
Het Uur van de Wolf brengt de kijker eigenzinnige en inspirerende documentaires over iedere denkbare kunstzinnige discipline. Diana Tromp (50) werkt al zes jaar als redacteur voor dit programma. Wat doet zij allemaal? Hoeveel films ziet ze per jaar? Wat moet een goede documentaire écht hebben? En kan Diana – als professionele docufreak - ons meteen wat kijktips geven?
Diana, hoe maak je het? En maak je eigenlijk wel iets?
“Goeie vraag! Ik zou zeggen dat we initiëren. Wij produceren documentaires, maar vrijwel altijd in coproductie met anderen. We selecteren vooral: filmplannen en voltooide films. En we begeleiden makers en producenten bij de realisatie van hun film. Een film kost al snel anderhalf tot twee ton. Het NPO-Fonds financiert veel films, maar daar moet je wel een gedegen plan voor schrijven. Daar begeleiden wij de makers bij.”
Is dat selecteren moeilijk?
“Wij krijgen twee- tot driehonderd plannen per jaar opgestuurd, terwijl we maar 22 uitzendplekken hebben bij Het Uur van de Wolf. De helft daarvan kopen wij aan uit het buitenland. Dus voor die andere elf plekken moeten wij de beste plannen uit honderden kiezen. Veel plannen hebben potentie, dus dat is een hele verantwoordelijkheid. Mensen afwijzen, is nooit leuk. Gek genoeg zijn we het op de redactie vrijwel altijd met elkaar eens.”
Lezen jullie echt alles?
“Ja! Daarom adviseer ik makers altijd om te beginnen met twee A4'tjes, want soms ontvangen we plannen van 40 pagina’s dik, hahaha.”
Wat moet een documentaireplan hebben om jou te overtuigen?
“Bij Het Uur van de Wolf gaat het ten eerste om het verhaal. Is het spannend? Heeft het een stuwend narratief? Gebeurt er genoeg? Is de hoofdpersoon charismatisch of inspirerend en een goede verteller? Is er wrijving of conflict? Daarnaast is er de maker. Heeft hij of zij al een oeuvre opgebouwd of is het een nieuw talent? Denkt hij of zij cinematografisch? Welke visie heeft de regisseur op het onderwerp? Vaak zijn de makers boven de 35 - wat levenservaring is wenselijk om een interessante documentaire van een heel uur te maken - maar we geven jonge makers zeker ook kansen.”
Kan iedereen een aanvraag doen?
“In principe wel. Het gebeurt zelden dat iemand zonder ervaring meteen een film van een uur mag maken, maar het is niet ondenkbaar. Zo hebben we nu Ahmet Polat. In 2015 was hij Fotograaf des Vaderlands. Hij heeft nog nooit een documentaire gemaakt, zelfs geen korte. Maar hij had een goed idee dat hem niet losliet. Daar hebben wij samen intensief over gesproken en nu werkt hij aan een film van 55 minuten: De Bastaard. Die gaan we volgend jaar uitzenden. Maar goed, meestal krijgen we plannen van mensen die wel al een paar korte documentaires hebben gemaakt.”
Buitenlandse films, is dat minder werk?
“Kun je wel zeggen! Die films hoeven we alleen maar te selecteren en aan te kopen. Ik heb de leukste baan ter wereld, ik krijg betaald om televisie te kijken. Maar ook hierbij geldt: we hebben maar elf uitzendplekken. Terwijl ik zeker honderd documentaires per jaar zie waar ik uit moet kiezen.”
Het Uur van de Wolf vierde vorig jaar het 25-jarig jubileum. Wat is jouw hoogtepunt?
“Het winnen van twee Emmy Awards. In 2018 waren we genomineerd voor de film Etgar Keret: Een waargebeurd verhaal. Collega Marloes Blokker reisde met de regisseurs af naar New York. We hadden nóóit gedacht dat we zouden winnen, maar ik zette toch de wekker om drie uur ’s nachts. Toen Marloes een kwartier later appte dat we hadden gewonnen, deed ik een dansje in de badkamer. Een jaar later wonnen we notabene weer met Dance or Die. Echt fantastisch!”
Heb je veel contact met de Nederlandse makers?
“Ja. Omdat we drie jaar vooruit werken, hebben we zo’n 80 lopende projecten. Dat zijn heel veel verschillende regisseurs en producenten waar je mee werkt, dus enorm verrijkend. Soms is het ook wel moeilijk. Als een plan niet wordt gefinancierd nadat er zoveel tijd en energie in is gestoken, ben ik echt van slag. Ik ben erg betrokken met de makers.”
Ben je weleens verrast als je de uiteindelijke film ziet?
“Constant! De werkelijkheid is altijd anders dan gepland. Judith de Leeuw is een goed voorbeeld. Zij heeft op zo'n inventieve manier haar film Ruut Weissman - De Hoofdpersoon aangevlogen. Zij volgde Weissman die in de #MeToo-discussie terecht was gekomen. Judith kaart in een originele vorm machtsmisbruik aan. Ze heeft een toneelstuk hierover laten schrijven, Ruut heeft dat vervolgens geregisseerd en dat heeft Judith weer gefilmd. Ik kende het plan, maar tijdens de eerste viewing zat ik constant op het puntje van mijn stoel.”
Nu we het er toch over hebben, heb je nog meer kijktips?
“Veel documentairemakers hebben iets uit te vechten met hun ouders. Zo ook David de Jongh. Zijn vader overleefde de holocaust. Hij dook onder, maar een groot deel van zijn familie werd vermoord. Daardoor raakte hij beschadigd. David heeft daar een wervelende film van gemaakt met alle facetten van zijn overleden vader en de weerslag van de oorlog: Foto-Eddy: De negatieven van mijn vader. Een zeer charmante en grappige man, maar ook een dominante en intense persoon en afwezige vader.
Ook een aanrader is Tishe! van Victor Kossakovsky. Hij filmde een jaar lang vanuit zijn raam een gat in de weg. Er komen steeds weer mannen langs die proberen dat gat te dichten. Dit druist volledig in tegen alles wat ik net zei over verplichte spanning - de film kabbelt langzaam voort - maar ik vind 'm geweldig!”
Stel, jij bent zelf documentairemaker. Waar gaat jouw volgende film over?
“Onlangs heb ik spoken word-artiest Babs Gons ontdekt. Zo’n inspirerende intelligente vrouw, heel gevoelig voor de impact van taalgebruik op mensen. Ik denk dat zij een mooie hoofdpersoon kan zijn voor een documentaire. Ik droom hier weleens van, maar dan wil ik minstens net zo goed zijn als onze makers. En die lat ligt erg hoog. Je moet bovendien een lange adem hebben. Je werkt soms jaren aan een plan en dan gaat het niet door. Heel heftig. Vaak houd je er financieel ook weinig aan over. Ik weet niet of ik dat allemaal aan zou kunnen. Dus die docu over Babs Gons hoef ik niet per se zelf te maken, hahaha!”