Interview met hoofdredacteur Rob Wijnberg

maandag 13 maart 2017 | Speelduur: 4 minuten

Exclusiviteit, nieuws, scoops. Nu de krantenoplagen dalen, moeten er elke dag dikke headlines worden gemaakt. Toch zijn er in deze snelle tijden ook journalisten die zich niks er van aantrekken. De 34-jarige Rob Wijnberg richtte De Correspondent op. Hij gaat op zoek naar de verdieping. Niet iets waar je bij een trendy website meteen aan denkt. Waar we nieuws van proberen te maken is iets anders dan je gewend bent in een krant of journaal te zien. Nieuws gaat meestal over wat vandaag gebeurt. Het moet actueel zijn, zoals dat heet. Wij willen nieuws maken van dingen die elke dag gebeuren, structureel zijn maar nooit nieuws worden. In de afgelopen 200 jaar was de staatsschuld in 157 jaren hoger. Waarom maken we ons er zo druk over? Ik zeg altijd: Nieuws gaat altijd over het weer en wij schrijven over het klimaat. Je kunt niet op de voorpagina zetten: Het klimaat verandert vandaag. Dat gebeurt elke dag. Het is een structurele ontwikkeling. Het uitroeien van armoede is vrij goedkoop. Volgens het Sociaal Cultureel Planbureau kost het 2,1 miljard euro per jaar. Ter vergelijking: Nederlanders gaan voor 15 miljard per jaar op vakantie. Kijk: hier werken 65 mensen. Ze maken verhalen over dingen die wij ertoe vinden doen. Zijn dat andere dingen bij het AD? Ja. Dat lijkt me fijn. Dat lijkt me alleen maar goed dat je keuze hebt in welke journalistiek er gemaakt wordt. Als alles volgens onze definitie zou zijn, zou dat niet goed zijn. Als alles op het AD leek, lijkt me ook geen pretje. Met deze de-islamisering belooft de PVV 7,2 miljard te besparen. Laten we het exportverlies conservatief schatten op 5 miljard per jaar. Slotsom: zwaar in de min. Als je ziet welke criteria media hanteren om te bepalen of ze goed bezig zijn, zijn dat altijd economische criteria. Kijken er veel mensen? Verkopen we veel advertenties? Wordt er veel geklikt op iets? Zo krijg je alleen berichtgeving over wat goed scoort, goed klikt. Berichten jullie over peilingen? Over tekortkomingen van peilingen. Men vergeet in media de foutmarge van een peiling te vermelden. Die is substantieel. 3 tot 4 zetels. Je kunt niet elke keer aan alle Nederlanders vragen wat ze stemmen. Bij een peiling wordt een groep geselecteerd. Stel: We kiezen willekeurig twee groepen van 1000 man. Geven die precies dezelfde antwoorden? Die kans is piepklein. VVD kruipt dichter naar PVV. 3 zetels winst in de laatste peiling. Maar dat is een foutmarge die je tot nieuws verheft. 50+ van Henk Krol en PVV van Geert Wilders hebben afgelopen dagen flink zetels verloren. In peilingen. Ik ben niet tegen peilen in algemene zin. Maar als leidraad voor wat politici gaan vinden of waar journalisten aandacht aan besteden, krijg je een cirkeltje. Van: Mensen vinden dit belangrijk, dus maken we er programma's over. Maar mensen vinden ook vaak belangrijk wat op tv is. Of waar programma's over worden gemaakt. Wat de laatste twee weken in het nieuws is geeft de doorslag. Je kunt peilingen tot een week voor de verkiezingen weggooien. Wat in de laatste week op de agenda wordt gezet, ophef over is waar de talkshows over gaan heeft grote invloed op hoe mensen stemmen.